De geschiedenis van de alchemie gaat terug tot de oude tijden, en het is moeilijk om precies te weten waar en wanneer de alchemie is ontstaan. Het is echter bekend dat de alchemie in verschillende culturen over de hele wereld is beoefend, zoals in China, India, het Midden-Oosten, Griekenland en Rome.
In het oude China werden alchemisten vaak geassocieerd met het Taoïsme en geloofden ze dat het bereiken van onsterfelijkheid en verlichting mogelijk was door het vinden van de “Elixir van het leven”. In India waren alchemisten bekend als “Rasayana”, die werkten aan het creëren van de “Philosopher’s Stone” om metalen om te zetten in goud en zilver.
In het Midden-Oosten werd de alchemie beoefend door Arabische geleerden en werd het beschouwd als een wetenschappelijke en spirituele discipline. Ze hadden toegang tot kennis uit India, China en Griekenland, en ontwikkelden hun eigen technieken en processen.
In de Europese Middeleeuwen werd de alchemie beoefend door monniken, artsen en andere geleerden. De alchemie werd vaak gezien als een manier om te zoeken naar goddelijke kennis en spirituele verlichting, en sommige alchemisten werkten ook aan het creëren van medicijnen en het verbeteren van metallurgische processen.
Tijdens de Renaissanceperiode in Europa werd de alchemie populair onder aristocraten en werd het gezien als een manier om te zoeken naar macht en rijkdom door het creëren van goud en zilver. Dit leidde uiteindelijk tot de ontwikkeling van de moderne scheikunde, waarbij alchemie werd geherinterpreteerd en verfijnd als een wetenschappelijke discipline.
In de 18e en 19e eeuw verloor de alchemie aan populariteit en werd het vervangen door moderne scheikunde. Veel alchemistische ideeën en praktijken vonden echter hun weg naar de moderne wetenschap en hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de scheikunde en de geneeskunde.
Belangrijke figuren in de geschiedenis van de alchemie zijn onder meer de Egyptische alchemist Hermes Trismegistus, de Griekse filosoof Pythagoras, de Arabische alchemist Jabir ibn Hayyan, en de Europese alchemisten Paracelsus en Isaac Newton.
Vandaag de dag wordt de alchemie niet langer als een wetenschap beschouwd, maar als een historisch en cultureel fenomeen. Alchemistische symbolen en ideeën hebben echter een blijvende invloed gehad op de literatuur, kunst en populaire cultuur.